ANWB wordt aansprakelijk gehouden voor fout van Griekse arts. Dat is ten onrechte. Afzien van repatriëring was bovendien ook juist.

rechtbank Den Haag 23 januari 2017
Tijdens vakantie komt verzoekster ongelukkig ten val. Zij wordt in het buitenland geopereerd en kennelijk (?) gebeurt dat niet helemaal goed. Vervolgens meent verzoekster dat de ANWB dan maar de schade moet betalen.
Verzoek Rechtbank
te verklaren voor recht dat de ANWB aansprakelijk is voor de schade die [verzoekster] heeft geleden en nog zal lijden ten gevolge van de op 12 augustus 2009 door dr. [X] uitgevoerde operatie;  de ANWB heeft niet medisch gehandeld, heeft geen gebruik gemaakt van een hulppersoon die medisch handelde, terwijl de arts ook niet in dienst was van de ANWB. Alle pogingen om de ABB aan te spreken voor iets wat elders is gebeurd moeten om die reden worden afgewezen.
subsidiair: te verklaren voor recht dat de ANWB aansprakelijk is voor de schade die [verzoekster] heeft geleden en nog zal lijden ten gevolge van het feit dat de ANWB het verzoek tot repatriëring d.d. 10 en/of 11 augustus 2009 niet heeft gehonoreerd;

.. de stelling van [verzoekster] dat zij zich tegen haar uitdrukkelijke verzoek in heeft laten behandelen door dr. [X] is niet komen vast te staan. In het interne dossier van de Alarmcentrale is immers op 11 augustus 2009 om 10:46 uur opgenomen: “men gaat akkoord met locale evac naar Athene” (zie 2.6.). Dat niettemin is vastgehouden aan de wens tot repatriëring is door de ANWB uitdrukkelijk betwist en blijkt niet uit de overgelegde stukken. Dit kan in deze procedure dan ook niet worden aangenomen. Hierop stuit het subsidiaire verzoek reeds af.

 meer subsidiair: te verklaren voor recht dat de ANWB medewerking dient te verlenen aan een onderzoek door één of meer, in onderling overleg overeen te komen, althans door de rechtbank te bepalen, medisch deskundigen, waarbij de kosten van dit onderzoek primair voor rekening dienen te komen van de ANWB, althans subsidiair door beide partijen gelijkelijk dienen te worden gedragen;
 in geval van toewijzing van het primair of subsidiair verzochte: te verklaren voor recht dat de ANWB de door [verzoekster] geleden schade dient te regelen en dat haar verzekeraar daartoe al hetgeen zij aan de ANWB zowel in geldelijke zin als in natura dient te voldoen, rechtstreeks aan [verzoekster] dient te betalen;
te bepalen dat de ANWB gehouden is om aan [verzoekster] – binnen veertien dagen na dagtekening van de beschikking – de aan de behandeling van het verzoek verbonden kosten, te begroten op een bedrag van € 8.963,23, te voldoen, te vermeerderen met de wettelijke rente bij gebreke van betaling binnen voornoemde termijn.  De rechtbank is evenals mr. Gouweloos van oordeel dat het aantal in rekening gebrachte uren bovenmatig is. Gezien de inhoud van het verzoekschrift en de mate van complexiteit van het deelgeschil acht de rechtbank het door mr. Gouweloos genoemde aantal van 16 uur in totaal voor deze procedure redelijk, zodat de rechtbank daarmee rekening zal houden. Wel acht de rechtbank het door mr. Blok ter zitting genoemde uurtarief van € 235,– (exclusief 6% kantoorkosten) redelijk, zodat op dit punt niet tot matiging zal worden overgegaan.

Gezien het voorgaande zal de rechtbank de kosten van deze procedure begroten op een bedrag van € 5.110,58 (16 uur x € 235,–, te vermeerderen met 6% kantoorkosten en 21% BTW en voorts te vermeerderen met het betaalde griffierecht van € 288,–).

Het is niet helemaal duidelijk waarom hierover nu een procedure plaatsvindt. Er is kennelijk ook nog een SVI verzekeraar die schade betaalt, maar mogelijk gaat het hier om een beperkt bedrag. Het is natuurlijk wat lastiger om schade te verhalen op een Griekse aansprakelijkheidsverzekeraar van ziekenhuizen (wat hebben we het toch goed geregeld in Nederland!). Dat is kennelijk de reden geweest om te trachten de ANWB op te laten draaien voor de extra schade, maar daarvoor is geen goede reden te verzinnen.

Natuurlijk is het altijd extra vervelend om letsel te krijgen in een ver buitenland, waarbij men de taal niet verstaat van de artsen, communicatie lastiger is en het vertrouwen in de medische wetenschap wellicht ook wat lager ligt. Zo gezien is het ook niet onbegrijpelijk dat verzoekster het liefste terug had willen keren naar Nederland. Er lag echter een medisch advies om zo snel mogelijk te laten opereren. Als de ANWB dat had genegeerd en verzoekster had gerepatrieerd (dat was ook geen eenvoudige klus geweest), dan had het natuurlijk ook mogelijk geweest dat als gevolg van de daardoor ontstane vertraging extra medische schade was ontstaan. De ANWB moet in dit soort kwesties afwegen wat het beste is voor de betrokkene. De keuzes die manier heeft gemaakt lijken alleszins verantwoord.