Betrokken partijen zijn niet in onderhandeling. (Verzoeker) wordt daarom niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek.

Rechtbank Midden-Nederland, 29 maart 2017
(Verzoeker) is met een mes in zijn buik gestoken. Hierbij loopt (verzoeker) ernstig letsel op. De rechtbank Midden-Nederland heeft (verweerder) strafrechtelijk veroordeeld voor dit misdrijf en (verweerder) tevens veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding aan (verzoeker). (Verzoeker) heeft van het Schadefonds geweldsmisdrijven de schadevergoeding ontvangen, dat (verweerder) op grond van het vonnis van de strafrechter aan hem diende te betalen. (Verzoeker) heeft (verweerder) een voorstel gedaan om tot een schaderegeling te komen. (Verweerder) heeft hierop niet gereageerd.
Verzoek Rechtbank
(Verzoeker) verzoekt dat de rechtbank voor recht verklaart dat (verweerder) aansprakelijk is voor de door (verzoeker) geleden en nog te lijden schade als gevolg van de bedreiging en poging tot doodslag en hem veroordeelt tot vergoeding van die schade, waaronder -kort gezegd- de kosten tot vaststelling van de schade en tot betaling van een voorschot van € 5.000,00 op de schade. De rechtbank overweegt dat het doel van de deelgeschilprocedure is de vereenvoudiging en versnelling van de buitengerechtelijke afhandeling van letsel- en overlijdensschade. De deelgeschilprocedure is bedoeld om het buitengerechtelijk onderhandelingsproces te versnellen, althans een daarin ontstane impasse te doorbreken. Uitgangspunt is echter dat de betrokken partijen in onderhandeling zijn.In dit geval is er nog geen begin van onderhandelingen. Integendeel, (verweerder) reageert in het geheel niet en heeft ook nimmer gereageerd op de aansprakelijkstelling door (verzoeker).

Het is begrijpelijk dat (verzoeker) op korte termijn duidelijkheid wil krijgen over zijn situatie. Hij is ernstig gewond geraakt bij de steekpartij en ervaart daar nog dagelijks de ingrijpende gevolgen van.

Echter, voor deze situatie, waarin er geen enkel contact is tussen de partijen is de deelgeschilprocedure niet in het leven geroepen. In de gegeven omstandigheden is het kort geding of de dagvaardingsprocedure de geëigende procedure om een oordeel van de rechter te krijgen over het geschil.

Omdat het verzoek gelet op het voorgaande niet voldoet aan de voorwaarden voor een deelgeschilprocedure, zal de kantonrechter (verzoeker) niet-ontvankelijk verklaren in zijn verzoek. Omdat (verzoeker) niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn verzoek, is er geen grond met toepassing van art. 1019aa Rv de kosten van het deelgeschil te begroten.

Ondanks dat deze uitspraak (opnieuw) een forse tegenvaller is voor (verzoeker), is de uitspraak van de rechtbank wel te volgen. Vereiste voor een deelgeschilprocedure is dat beide partijen in onderhandeling zijn. Pas dan kan in de deelgeschilprocedure de vraag naar bijvoorbeeld de aansprakelijkheid of vaststelling van de schadepost verlies aan arbeidsvermogen aan de orde worden gesteld. (Verzoeker) zal zich moeten wenden tot de kantonrechter.