Café niet aansprakelijk voor vallend glas: geen onrechtmatige gevaarzetting

Rechtbank Oost-Brabant, 26 augustus 2021
In het café van (verweerder) valt er een glas van de bovenverdieping naar beneden. Het glas komt terecht op het hoofd van (verzoekster). Geen aansprakelijkheid aan de zijde van (verweerder).
Verzoek Rechtbank
(Verzoekster) verzoekt de rechtbank:

(1) te bepalen dat (verweerder) aansprakelijk is voor de schade van (verzoekster) ontstaan in verband met het ongeval in het café.

Juridische grondslag is art. 6:162 BW, de onrechtmatige gevaarzetting. Beoordeling van de feiten aan de hand van de Kelderluik-criteria. Geen sprake van onrechtmatige gevaarzetting en daarom ook geen aansprakelijkheid a.d.z.v. (verweerder):

  • De kans dat voorwerpen over de reling vallen is klein;
  • De inrichting van het café nodigt niet uit tot het plaatsen van glaswerk op de reling. Naast de balustrade bevinden zich lager gelegen tafels en zitjes;
  • De videobeelden (van na het ongeval) laten geen bijzonder gevaarlijke of gevaarzettende situatie zien. De beelden zeggen niets over de omstandigheden ten tijde van het ongeval;
  • De exacte toedracht staat niet vast; degene die het glas liet vallen is onbekend gebleven. De oorzaak van het vallende glas is dus onzeker, net als welke maatregelen dan genomen hadden moeten worden om het ongeval te voorkomen;
  • Ook plastic bekers kunnen letsel veroorzaken;
  • Alleen het spannen van een net had het ongeval kunnen voorkomen. Dat is een dergelijke vergaande maatregel die niet (verweerder) niet hoeft te treffen.
(2) de kosten te begroten en (verweerder) te veroordelen in deze kosten. Verzoek: 19,6 uur x € 270,– x 21% BTW = € 6.581,41. Het is geen bijzonder complexe zaak. Toch oordeelt de rechtbank dat het verzoek nog binnen de grenzen is van hetgeen acceptabel is. Begroting conform verzoek. Geen aansprakelijkheid en dus ook geen veroordeling.

Heldere uitspraak waarbij de rechtbank de gestelde gevaarzetting beoordeeld a.d.h.v. de kelderluik-criteria. Wat opvalt is dat de kostenbegroting (“nog binnen de grenzen van”). Indien een zaak niet bijzonder complex is, dan zou je ofwel een matiging van het aantal uren of een matiging van het uurtarief verwachten.