Geen onrechtmatige aanhouding, geen onrechtmatig handelen tijdens aanhouding

Rechtbank Den Haag, 25 november 2020
Ruim 6 jaar geleden loopt (verzoekster) letsel op bij een aanhouding door politiebeambten. Uit de feiten en omstandigheden volgt dat er een reden was om haar aan te houden; verder een gemotiveerde betwisting dat (verzoekster) aan haar aanhouding heeft meegewerkt.
Verzoek Rechtbank
(Verzoekster) verzoekt de rechtbank:

(1) voor recht te verklaren dat de politie en Achmea aansprakelijk is voor de schade voortvloeiend uit de aanhouding van (datum);

Politie ontving een melding van geluidsoverlast.  De politiebeambten hadden de indruk dat er sprake was van een schermutseling. Aanhoudingsgronden zijn weerspannigheid en het veroorzaken van overlast en belemmering. Uitsluitend wanneer geen van deze aanhoudingsgronden aanwezig is geweest ten tijde van de aanhouding, is de aanhouding onrechtmatig.

Uit het mutatierapport blijkt dat het geschreeuw van (verzoekster) de directe aanleiding van de aanhouding is geweest. Zelfs de dochter van (verzoekster) heeft verklaard dat de politieambtenaren tegen haar moeder hebben gezegd dat ze rustig moest doen. Dat sluit aan bij de verklaringen van de politiebeambten. Rapport van de Nationale Ombudsman brengt hier geen verandering in teweeg. Conclusie was dat er geen grond was om (verzoekster) aan te houden voor weerspannigheid en het veroorzaken van belemmering. Het rapport zegt niets over het veroorzaken van (geluids)overlast.

(Verzoekster) heeft niet meegewerkt aan haar aanhouding. (Verzoekster) heeft zich met geweld (hevig) verzet. Daarnaast heeft zij ook geweld gebruikt. (Verzoekster) werd gemaand om rustig te doen, maar dat heeft zij niet gedaan.

(2) de kosten van deelgeschil te begroten, met veroordeling van de politie en Achmea in deze kosten. Verzoek = 14 uur x € 200,– x 6% kantoorkosten x 21% BTW = € 3.674,28. Toevoeging is irrelevant voor de begroting. Aantal uur en uurtarief komt de rechtbank redelijk voor.

Afwijzing verzoek voor wat betreft de kantoorkosten. Dat is niet meer van deze tijd, onvoldoende transparant en het daadwerkelijke uurtarief is niet direct inzichtelijk. Begroting komt uit op € 3.388,–. Geen veroordeling.

Bijzonder dat een dergelijke kwestie vele jaren later nog voorgelegd wordt aan de rechtbank. De beoordeling van de rechtbank is overzichtelijk. Verder gaat de rechtbank uitgebreid in op de afwijzing van het verzoek voor wat betreft de kantoorkosten.