Aansprakelijkheid na mislukte suïcidepoging? Zaak niet geschikt voor deelgeschil.

Rechtbank Amsterdam, 29 september 2021
Verzoeker heeft in 2010 een suïcidepoging gedaan door van vierhoog uit een raam te springen. Hij heeft hierbij een hoge dwarslaesie opgelopen. Hij stelt de GGZ aansprakelijk.
Verzoek Rechtbank
De rechtbank wordt verzocht:

  • Primair, voor recht te verklaren dat sprake is van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de geneeskundige behandelingsovereenkomst: de zorgverleners zouden de situatie van verzoeker niet goed hebben ingeschat en daarom in aanloop naar de suïcidepoging niet goed hebben gehandeld.
Om een oordeel te kunnen vellen over het primaire verzoek is nadere bewijslevering in de vorm van een deskundigenrapport nodig. Voor een dergelijke bewijslevering is in de deelgeschilprocedure geen plaats en dus wordt dit verzoek afgewezen.
  • Subsidiair, verweerster op te dragen mee te werken aan een psychiatrische expertise.
Beide partijen hebben aangegeven vlot in overleg te willen gaan om tot een regeling te komen. Zodoende wordt dit verzoek toegewezen en beveelt de rechtbank verweerster – bij wijze van een wederzijdse inspanningsverplichting – mee te werken aan onderhandelingen over de benoeming van een eventuele deskundige.
  • Verweerster te veroordelen in de kosten van het deelgeschil.
Nu aansprakelijkheid niet is komen vast te staan wordt de verzochte kostenveroordeling afgewezen. Aangezien het deelgeschil niet volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld, worden de kosten wel begroot: gematigd van € 8.147,40 tot € 6.000,00 inclusief btw en kantoorkosten.

Een toelichting ontbreekt, maar dat er toch kantoorkosten redelijk worden geacht (weliswaar na een matiging) is natuurlijk niet helemaal in lijn met andere recente rechtspraak.