Verzoek deelgeschil afgewezen: geen letsel aangetoond, verzoeker niet-ontvankelijk verklaard en veroordeeld in proceskosten

De zaak betreft een deelgeschil na een verkeersongeval. Verzoeker wilde volledige aansprakelijkheid van ASR en vergoeding van schade. ASR erkende slechts 50% aansprakelijkheid. De rechtbank verklaarde verzoeker niet-ontvankelijk, omdat niet is onderbouwd dat sprake was van letselschade, wat vereist is voor een deelgeschil. Ook inhoudelijk zouden de verzoeken zijn afgewezen vanwege een gebrekkig en onvolledig dossier, slordigheden van de advocaat en een niet-onderbouwde schadeclaim.

De rechtbank heeft dit verzoek niet inhoudelijk behandeld, omdat zij verzoeker niet-ontvankelijk heeft verklaard. De deelgeschilprocedure is namelijk alleen bedoeld voor geschillen waarbij sprake is van letselschade of overlijdensschade. Verzoeker had echter geen medische informatie of andere onderbouwing overlegd waaruit enig letsel blijkt. Ook op herhaald verzoek van de rechtbank bleef die informatie uit.

Zelfs als de rechtbank wél inhoudelijk had geoordeeld, zou het verzoek zijn afgewezen. Verzoeker had onvoldoende gemotiveerd waarom ASR meer dan 50% aansprakelijk zou moeten zijn. De toedracht van het ongeval was onvoldoende duidelijk, er ontbraken essentiële gegevens (zoals het schadeformulier), en de stellingen van verzoeker bleken slordig en tegenstrijdig.

Dit verzoek werd afgewezen omdat verzoeker zijn schade niet op enig wijze had gespecificeerd of onderbouwd. Hij had geen schadeopstelling ingediend, noch een berekening van het gevorderde bedrag gegeven. Ook had hij die informatie niet aan de wederpartij verstrekt vóór het indienen van het verzoekschrift, wat de rechtbank als onzorgvuldig beoordeelde.

Daarnaast stond al vast dat ASR slechts 50% van de schade had erkend. Omdat de omvang en oorzaak van de schade niet inzichtelijk waren gemaakt, kon de rechtbank niet tot een toewijzing komen.

Dit verzoek werd afgewezen. De rechtbank was van oordeel dat het indienen van dit verzoekschrift misbruik van de deelgeschilprocedure vormde: het verzoek voldeed niet aan de formele en inhoudelijke eisen, was onzorgvuldig opgesteld, bevatte nauwelijks feitelijke onderbouwing, en was zonder reële kans op succes.

De rechtbank benadrukte dat de deelgeschilprocedure bedoeld is om op een efficiënte manier bij te dragen aan de buitengerechtelijke afhandeling van letselzaken. In dit geval werd de procedure echter onterecht en zonder voldoende zorgvuldigheid ingezet. Daarom kreeg verzoeker niet alleen zijn eigen kosten niet vergoed, maar moest hij ook de proceskosten van ASR betalen.

Kosten

afgewezen

Resultaat

niet-ontvankelijjk