Notice: Function _load_textdomain_just_in_time was called incorrectly. Translation loading for the broken-link-checker domain was triggered too early. This is usually an indicator for some code in the plugin or theme running too early. Translations should be loaded at the init action or later. Please see Debugging in WordPress for more information. (This message was added in version 6.7.0.) in /home/p19396/domains/wetdeelgeschillen.info/public_html/wp-includes/functions.php on line 6114
Causaal verband tussen ongeval en gepresenteerde klachten staat niet vast – Wet Deelgeschillen

Causaal verband tussen ongeval en gepresenteerde klachten staat niet vast

Rechtbank Amsterdam, 17 mei 2018
Verzoekster is op de snelweg van achteren aangereden. Na het ongeval is arbeidscontract en relatie beëindigd. Partijen twisten over het causaal verband tussen het ongeval en de klachten van verzoekster. Neurologische expertise heeft plaats gevonden.
Verzoek Rechtbank
Verzoekster verzoekt, na vermeerdering, – samengevat – dat de rechtbank bij beschikking:

(1) voor recht verklaart dat de in de deskundigenberichten van neuroloog en neuropsycholoog genoemde klachten en beperkingen van verzoekster , te weten nekklachten, spierspanningen, hoofd(pijn)klachten, vermoeidheidsklachten en cognitieve klachten (verminderde concentratie, aandacht en vergeetachtigheid) aan het ongeval moeten worden toegerekend;

(1) De neuroloog heeft in zijn rapportage naar voren gebracht dat het klachtenpatroon van (verzoekster) bij een whiplash associated disorder graad I tot II past. Vermoeidheidsklachten en cognitieve klachten hangen mogelijk samen met pre-existente persoonlijkheid van verzoekster of met een stemmingsstoornis. Er zijn geen aanwijzingen voor een bewegingsbeperking van de cervicale wervelkolom. Op basis van rapportage van neuroloog kan geen causaal verband worden aangenomen.
(2) de kosten begroot op € 8.830,70 inclusief BTW en Allianz veroordeelt tot betaling daarvan alsmede van het door (verzoekster) verschuldigde griffierecht. (2) Aantal uur door advocaat begroot op 27. De rechtbank acht het aantal aan de zaak bestede uren bovengemiddeld en vindt hiervoor in de overgelegde urenspecificatie onvoldoende rechtvaardiging. Een nadere toelichting ontbreekt. De kantoorkosten worden geacht in het uurtarief, dat fors is, te zijn verdisconteerd. Het vastrecht wordt vastgesteld op € 291,-. Dit betekent dat de rechtbank de kosten van het deelgeschil begroot op € 6.462 (20 uren × € 255,- x 21% btw) + € 291,- vastrecht).

Op basis van de voorliggende stukken kan de rechter geen causaal verband aannemen. Op eventuele alternatieve oorzaken die aan de klachten van verzoekster ten grondslag zouden kunnen liggen (de life events zoals Allianz omschrijft) is de rechter verder niet ingegaan.