Geen zwaarwegende bezwaren tegen rapport. Causaal verband tussen ongeval en rug- en heupklachten

Verzoeker is op zijn stilstaande trike van achteren aangereden door een verzekerde van AIG. De rechtbank stelt het causaal verband vast tussen het ongeval en de beperkingen als gevolg van de rug-, heup-, en bilklachten. Geen causaal verband tussen ongeval en whiplashklachten. Overige verzoeken worden toegewezen.

Neuroloog Hagemans heeft verklaard dat er een causaal verband aanwezig is. De rechtbank neemt de conclusies van Hagemans over, omdat er geen zwaarwegende bezwaren zijn tegen het rapport:

  • expertise is gezamenlijk overeengekomen en partijen hebben aanzienlijke invloed gehad op de vraagstelling en het voorlegde dossier;
  • er is ruimschoots gelegenheid geweest tot commentaar op het concept-rapport;
  • de medisch adviseur van AIG is niet onpartijdig en kan niet als specialist worden aangemerkt (wat wel geldt voor Hagemans);
  • de zienswijze van de medisch adviseur van AIG wordt niet ondersteund door de verzekeringsgeneeskundige;
  • de medisch adviseur van AIG kan zich kennelijk vinden in de vastgestelde beperkingen, zo blijkt uit het advies.

Er is een causaal verband tussen het ongeval en de rugpijn en klachten aan de heup/bil en benen. Dit juridisch causaal verband is gegeven, omdat Hagemans van oordeel is dat de klachten zich voor het eerst hebben voorgedaan na het ongeval, Hagemans heeft de klachten geobjectiveerd en de klachten kunnen niet anders verklaard worden. AIG heeft dit onvoldoende gemotiveerd betwist. Ook heeft AIG onvoldoende gemotiveerd betwist dat het rapport niet is gebaseerd op lichamelijk onderzoek.

Er zijn alleen beperkingen door de rugpijn en klachten aan de heup/bil en daarom zal de rechtbank geen causaal verband vaststellen tussen het ongeval en de gestelde whiplashklachten.

Het verzoek wordt toegewezen zoals hierboven is vermeld.

De beperkingen van verzoeker staan vast en het inschakelen van een arbeidsdeskundige is daarom niet prematuur. De rechtbank wijst re-integratiebegeleiding door Eshuis toe voor de duur van 6 uur. AIG moet deze kosten betalen.

Het is duidelijk dat verzoeker inkomsten verlies heeft geleden als gevolg van het ongeval. Concreet moet AIG een bedrag betalen van € 28.320,- (juli 2020 t/m juni 2021). De rechtbank weegt mee dat het rapport van Hagemens later kwam dan verwacht en houdt rekening met de afwijzende houding van AIG. 

Dit verzoek wordt toegewezen. Het uurtarief en de bestede uren zijn redelijk.

Kosten

kosten geheel toegewezen

Resultaat

toegewezen