Verzoeker niet-ontvankelijk in verzoek, omdat er geen onderhandelingen gaande waren. Desondanks begroot de rechtbank wel de kosten van het deelgeschil

Rechtbank Oost-Brabant 27 november 2024
Op 1 november 2008 is verzoeker als fietser aangereden door een auto. De aansprakelijkheid is erkend door Klaverblad.
Eerder overkwam verzoeker al 3 andere ongevallen (motorongeval en twee achteropaanrijdingen), waarvoor Klaverblad niet aansprakelijk is.
De rechtbank heeft voorlopige deskundigenonderzoeken bevolen naar de medische gevolgen van het ongeval van 1 november 2008. De orthopedisch chirurg en de neuroloog hebben rapporten uitgebracht.
Vervolgens wordt het verzoekschrift deelgeschil ingediend door verzoeker, terwijl er geen onderhandelingen liepen.

 

Verzoeker verzoekt de rechtbank voor recht te verklaren:

1) dat verzoeker vanwege het hem op 1 november 2008 overkomen ongeval lijdt aan licht schedel-/hersenletsel;

2)  dat verzoeker vanwege dat ongeval blijvend nek- en hoofd- en schouderpijn heeft, alsmede cognitieve klachten, bestaande uit moeite met complexe taken uitvoeren, aandachtsproblemen, geheugenproblemen en concentratieproblemen,

3) dat al deze klachten moeten worden toegerekend aan het ongeval,

4) dat deze klachten blijvend zijn,

5) dat alle door deze klachten geleden en nog te lijden schade voor rekening van Klaverblad dient te komen.

Partijen hebben na het gereedkomen van de voorlopig deskundigenberichten geen overleg met elkaar gevoerd. Er is dus geen sprake geweest van onderhandelingen, en (dus) ook niet van onderhandelingen die in een impasse zijn geraakt. De rechtbank ziet geen grond om aan te nemen dat verzoeker ervan uit mocht gaan dat Klaverblad niet wilde onderhandelen. 

Verzoeker is daarom niet ontvankelijk in zijn verzoek. 

Het is aan verzoeker om (zoals eerder door Klaverblad gevraagd) aanvullende informatie aan te leveren over de eerdere ongevallen en de schadeafwikkelingen en de uitgangspunten daarvan. Het zal de onderhandelingen bovendien ten goede komen wanneer verzoeker meer inzicht biedt in de aard en omvang van de schade die hij concreet van Klaverblad vergoed wenst te zien.

6) de kosten van dit deelgeschil te begroten op € 7.139,- (20 uur maal € 295,- exclusief btw), te vermeerderen met het betaalde griffierecht, en te bepalen dat Klaverblad verplicht is dit bedrag te betalen binnen twee weken na de uitspraak in deze procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf twee weken na dagtekening van de beschikking tot aan de dag der algehele voldoening.

De rechtbank is van mening dat het verzoek niet volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld en begroot daarom de kosten. 

De rechtbank acht het aantal van 20 uren, in combinatie met een uurtarief van € 295,- exclusief btw, in deze zaak bovenmatig. Zoals Klaverblad ook aanvoert, is het verzoekschrift beperkt van omvang (9 pagina’s) en bevat het bovendien de nodige citaten en sjabloonteksten. Dat de advocaat van verzoeker 8 uur heeft besteed aan (de voorbereiding van) de zitting, is niet onderbouwd of toegelicht. De rechtbank begroot de kosten van dit deelgeschil in redelijkheid op een bedrag van € 4.000,- (inclusief € 320,- aan griffierecht).

Kosten

afgewezen<br />aantal uren verminderd

Resultaat

niet-ontvankelijjk