Rechtbank Rotterdam 12 mei 2021 | |
Zelfstandig rijschoolhouder is een verkeersongeval overkomen waarbij een door NN verzekerde personenauto tegen de door hem bestuurde personenauto aan reed. Op gezamenlijk verzoek van partijen is een onderzoek ingesteld door een gecertificeerd arbeidsdeskundige. Voorafgaand aan onderzoek heeft NN een concept-vraagstelling toegezonden aan de belangenbehartiger van verzoeker en na opmerkingen van diens zijde is de concept-vraagstelling zonder bezwaar aangepast door NN en aan de arbeidsdeskundige voorgelegd. | |
Verzoek | Rechtbank |
Verzoeker verzoekt de rechtbank om
(1) voor recht te verklaren dat NN gebonden is het aan het rapport van de arbeidsdeskundige, specifiek waar het gaat om de vaststelling door de arbeidsdeskundige dat verzoeker zonder ongeval 50 lesuren per week zou hebben gegeven; |
Als partijen in het kader van de schadeafwikkeling gezamenlijk overeenkomen een deskundige in te schakelen en de deskundige een vraagstelling voorleggen waarover tussen hen overeenstemming bestaat, dan zijn partijen daarmee in beginsel gebonden aan de inhoud van het rapport.
De enkele omstandigheid dat de deskundige zijn beoordeling naar de mening van een partij niet genoegzaam heeft toegelicht of gemotiveerd is een onvoldoende grond om het oordeel van de deskundige ter zijde te kunnen stellen. De omstandigheid dat NN niet heeft kunnen reageren op de concept versie van het rapport, terwijl verzoeker wel de concept versie heeft ontvangen is niet een zodanig gebrek in de totstandkoming dat dit afdoet aan de gebondenheid aan de inhoud van het rapport. Indien NN de antwoorden onvoldoende onderbouwd achtte had zij moeten proberen een nadere onderbouwing van de arbeidsdeskundige te verkrijgen door nadere vragen te formuleren en verzoeker te verzoeken er aan mee te werken dat die vragen aan de arbeidsdeskundige zouden worden voorgelegd. NN heeft dat echter niet gedaan. Die onderbouwing is weliswaar summier, maar bij een in gezamenlijke opdracht vervaardigd rapport als het onderhavige is dat voldoende. Dat de door NN ingeschakelde bedrijfseconoom tot een andere conclusie is gekomen dan de arbeidsdeskundige is onvoldoende om het oordeel van de arbeidsdeskundige onjuist te achten. De bewijswaarde van het rapport van de bedrijfseconoom is voorts beperkt omdat zijn onderzoek in opdracht van alleen NN en zonder enige input van verzoeker is uitgevoerd. Dit alles leidt tot toewijzing van de verzochte verklaring voor recht.. |
(2) NN te veroordelen tot betaling aan verzoeker van de kosten van dit deelgeschil ad € 2.123,99 vermeerderen met de nadere kosten van de behandeling van dit deelgeschil. | NN heeft de redelijkheid van het door de advocaat gehanteerde uurtarief en de bestede tijd niet bestreden. De rechtbank begroot de kosten van het deelgeschil conform de opgave van verzoeker. |
De rechtbank waarschuwt betrokkene wel om zich niet rijk te rekenen…: Naar het oordeel van de rechtbank dient het antwoord van de arbeidsdeskundige daarom te worden aangemerkt als een beginpunt voor de berekening van het verlies aan verdienvermogen in de eerste periode (bijv. in het eerste jaar) en niet voor de lange duur. Bij het bedrijfseconomisch onderzoek dat in de visie van beide partijen nog zal moeten plaatsvinden zal dit beginpunt moeten worden gehanteerd, maar dat laat onverlet dat onderzocht kan worden hoe de autorijschool zich in de situatie zonder ongeval naar redelijke verwachting na die periode, gelet op bedrijfsactiviteiten van [naam verzoeker] voor het ongeval en de ontwikkelingen in de markt, zou hebben ontwikkeld.