rechtbank Amsterdam 28 oktober 2010, LJN: BO9956
Slachtoffer van aanrijding legt meerdere deelgeschillen voor aan de rechtbank. Aansprakelijkheid is in eerder stadium erkend. Tijdens de mondelinge behandeling bereiken partijen overeenstemming over deze deelgeschillen (zij maken afspraken over de te nemen vervolgstappen om tot buitengerechtelijke afwikkeling te komen). Geen overeenstemming over de door verzoeker gemaakte kosten voor de deelgeschilprocedure. Alleen over dit onderdeel van het verzoekschrift moet de rechtbank oordelen.
Verzoeker begroot kosten op € 2.000,-. Verweerder stelt dat de gevorderde kosten niet in redelijkheid zijn gemaakt.
De rechtbank oordeelt dat de kosten wel in redelijkheid zijn gemaakt, aangezien de deelgeschilprocedure niet onnodig of onterecht is ingesteld. De stelling van verweerder inzake de kosten is niet gemotiveerd en de hoogte van de in het geding gebrachte declaratie is niet betwist. De omvang van de gevorderde kosten is volgens de rechtbank redelijk en evenredig. De rechtbank begroot de door verweerder te betalen kosten op basis van deze declaratie.
Dat in beginsel aanspraak kan worden gemaakt op vergoeding van de werkelijke voor een deelgeschilprocedure gemaakte kosten is wettelijk bepaald. Om kans van slagen te hbben met verweer tegen de hoogte van de gevorderde kosten (er moet worden voldaan aan de zogenaamde dubbele redelijkheidstoets), is het wel noodzakelijk dat het verweer goed wordt gemotiveerd. Hier was dat niet het geval.