Rechtbank Noord-Holland 11 maart 2021 | |
Verzoeker is op zijn stilstaande trike van achteren aangereden door een verzekerde van AIG. De rechtbank stelt het causaal verband vast tussen het ongeval en de beperkingen als gevolg van de rug-, heup-, en bilklachten. Geen causaal verband tussen ongeval en whiplashklachten. Overige verzoeken worden toegewezen. | |
Verzoek | Rechtbank |
Verzoeker verzoekt de rechtbank:
(1) te bepalen dat er sprake is van een causaal verband tussen het ongeval en de in het verzoekschrift vermelde klachten van verzoeker; |
Neuroloog Hagemans heeft verklaard dat er een causaal verband aanwezig is. De rechtbank neemt de conclusies van Hagemans over, omdat er geen zwaarwegende bezwaren zijn tegen het rapport:
Er is een causaal verband tussen het ongeval en de rugpijn en klachten aan de heup/bil en benen. Dit juridisch causaal verband is gegeven, omdat Hagemans van oordeel is dat de klachten zich voor het eerst hebben voorgedaan na het ongeval, Hagemans heeft de klachten geobjectiveerd en de klachten kunnen niet anders verklaard worden. AIG heeft dit onvoldoende gemotiveerd betwist. Ook heeft AIG onvoldoende gemotiveerd betwist dat het rapport niet is gebaseerd op lichamelijk onderzoek. Er zijn alleen beperkingen door de rugpijn en klachten aan de heup/bil en daarom zal de rechtbank geen causaal verband vaststellen tussen het ongeval en de gestelde whiplashklachten. Het verzoek wordt toegewezen zoals hierboven is vermeld. |
(2) te bepalen dat AIG medewerking moet verlenen aan het inschakelen van arbeidsdeskundige Eshuis (Heling & Partners) conform opgestelde aanbiedingsbrief; | De beperkingen van verzoeker staan vast en het inschakelen van een arbeidsdeskundige is daarom niet prematuur. De rechtbank wijst re-integratiebegeleiding door Eshuis toe voor de duur van 6 uur. AIG moet deze kosten betalen. |
(3) te bepalen dat AIG bij wege van een voorschot een bedrag van € 50.965,- dient te voldoen (althans een door de rechtbank te bepalen bedrag); | Het is duidelijk dat verzoeker inkomsten verlies heeft geleden als gevolg van het ongeval. Concreet moet AIG een bedrag betalen van € 28.320,- (juli 2020 t/m juni 2021). De rechtbank weegt mee dat het rapport van Hagemens later kwam dan verwacht en houdt rekening met de afwijzende houding van AIG. |
(4) de kosten van de deelgeschilprocedure te begroten op een bedrag van € 7.707,70 (vermeerderd met het griffierecht) en om AIG te veroordelen tot betaling van dit bedrag. | Dit verzoek wordt toegewezen. Het uurtarief en de bestede uren zijn redelijk. |