ECLI:NL:RBDHA:2022:3961 | |
Verzoekster kreeg balk op haar schouder. Daarna klachten. Zij vordert dat de rechtbank bepaalt dat er verband is tussen de door haar gestelde klachten en het ongeval. Daarna vordert ze dat de schade als gevolg van verlies van een arbeidsvermogen wordt vastgesteld op € 60.000,-. Uit deskundigenonderzoeken blijkt dat er geen afwijkingen of beperkingen resteren. Deelgeschil over causaliteit en omvang schade wegens verlies van arbeidsvermogen. Afwijzing op grond van artikel 1019z Rv, omdat het gehele geschil tussen partijen is voorgelegd. Kosten deelgeschil komen niet voor vergoeding in aanmerking. | |
Verzoek | Rechtbank |
voor recht te verklaren dat het medisch causaal verband tussen het [VERZOEKER] overkomen ongeval en de in het verzoekschrift omschreven gezondheidsklachten en beperkingen is komen vast te staan; | Uit het expertiserapport van [NEUROLOOG] blijkt, kort gezegd, dat [VERZOEKSTER] de door haar geuite klachten wel consistent heeft aangegeven, maar dat deze klachten op neurologisch vakgebied niet verklaarbaar zijn eh er dus geen beperkingen kunnen worden aangegeven op neurologisch vakgebied. Aan dit rapport zijn partijen in beginsel gebonden en het rapport biedt geen grondslag om het bestaan van klachten en daaruit voortvloeiende beperkingen voor een langere duur dan de door Nationale-Nederlanden erkende periode (zijnde de periode vanaf het ongeval tot 1 januari 2019) aan te nemen. [VERZOEKSTER] heeft weliswaar gewezen op de door haar overgelegde medische informatie uit de behandelend sector, maar [NEUROLOOG] heeft die informatie meegewogen en met die informatie op zich is het verband tussen de klachten en het ongeval nog niet gegeven. |
de schadepost verlies van arbeidsvermogen vast te stellen op een bedrag van € 60.000; | Ook de omvang van de schade (door [VERZOEKSTER] gesteld op € 30.000 netto per jaar, oftewel.€ 2.500 netto per maand) is onvoldoende onderbouwd. Gelet op de overgelegde jaarcijfers van [VERZOEKSTER] zijn er op dit moment onvoldoende aanknopingspunten om uit te gaan van het door [VERZOEKSTER] gestelde verlies van arbeidsvermogen.
Daarbij was ook van belang dat verzoekster wel een zestigtal optredens met een bed deed maar stelde geen muziekles te kunnen geven. |
de kosten van het deelgeschil te begroten op een bedrag van € 5007 en Nationale-Nederlanden te veroordelen tot betaling van deze kosten | De rechtbank is …van oordeel dat hier sprake is van een volstrekt onnodig ingestelde procedure. … In dit geval had op voorhand duidelijk moeten zijn dat met het indienen van de verzoeken in feite het gehele tussen partijen bestaande geschil aan de rechtbank werd voorgelegd, hetgeen in strijd is met het doel van de deelgeschilprocedure. Alleen al gelet hierop lag afwijzing van de verzoeken zo voor de hand dat indiening van het onderhavige verzoekschrift achterwege had moeten blijven. De kosten worden niet begroot. |
In beginsel was verzoekster ook niet ontvankelijk omdat de aansprakelijke partij zelf niet in de procedure was betrokken. De rechtbank negeert dat omdat zij toch komt tot een afwijzing.