Nader onderzoek nodig, omdat aansprakelijkheid niet kan worden vastgesteld. Kosten begroot.

Rechtbank Noord-Nederland 25 november 2020
Verzoeker is betrokken geweest bij een achterop aanrijding door een vrachtwagen. Alle verzoeken worden afgewezen, omdat de aansprakelijkheid niet kan worden vastgesteld in het deelgeschil. De kosten worden wel begroot door de rechtbank.
Verzoek Rechtbank
Verzoeker verzoekt de rechtbank (…),

(1) te verklaren dat TVM aansprakelijk is voor de schade als gevolg van het ongeval.

De rechtbank vindt dit verzoek geschikt voor een deelgeschil. Het geschil biedt voldoende perspectief voor een buitengerechtelijke beslechting. TVM kan als verzekeraar ook zelf aansprakelijk worden gehouden, omdat er geen onderscheid is tussen ‘directe’ en ‘indirecte’ aansprakelijkheid.

De aansprakelijkheid kan niet worden vastgesteld, omdat partijen van mening verschillen over de feitelijke toedracht van het ongeval. Op basis van de dashcam- en videobeelden kan niets worden vastgesteld over het rijgedrag van de vrachtwagenchauffeur. Er is nader onderzoek nodig door een deskundige. Deze kan o.a. onderzoeken:

  • Of het naar rechts uitwijken van de vrachtwagen zodanig is dat hierdoor de indruk kan zijn gewekt dat hij rechtsaf wilde slaan.
  • Of de vrachtwagenbestuurder direct heeft geremd op het moment dat betrokkene voor hem stil kwam te staan.
  • Of de vrachtwagenchauffeur op dat moment nog de mogelijkheid had om te remmen.
  • Of er eigen schuld is aan de zijde van verzoeker.

Omdat er nader onderzoek nodig is, lenen verzoek 1 en 2 zich niet voor behandeling in deelgeschil.

(2) te beslissen dat TVM binnen 14 dagen na de beschikking een voorschot op de schade moet betalen van € 12.000,- of een ander bedrag dat de rechtbank redelijk acht. Het verzoek is niet toewijsbaar, omdat de aansprakelijkheid niet kan worden vastgesteld.
(3) TVM te veroordelen in de kosten van de procedure. Er wordt een bedrag gevorderd van € 6.220,61 (19,4 uur tegen een uurtarief van € 265,-) te vermeerderen met het griffierecht. De rechtbank begroot de kosten, ondanks het feit dat de aansprakelijkheid niet vast staat. Het verzoek is namelijk niet volstrekt onnodig of onterecht ingesteld.

De rechtbank vindt de bestede uren en het uurtarief redelijk. De kosten worden daarom begroot op € 6.524,61 (inclusief griffierecht).

Omdat de aansprakelijkheid van TVM niet vaststaat, wordt het verzoek afgewezen. Het begrote bedrag is alleen verschuldigd als de aansprakelijkheid van TVM alsnog komt vast te staan.