Rechtbank Amsterdam, 9 mei 2019 | |
Verzoeker heeft letsel opgelopen tijdens een verkeersongeval. Op gezamenlijk verzoek hebben partijen een neurologische en psychiatrische expertise laten uitvoeren. Partijen twisten over het causaal verband tussen klachten en ongeval. | |
Verzoek | Rechtbank |
Verzoeker verzoekt (…) dat de rechtbank:
(1) bepaalt dat zijn klachten, bestaande uit: pijnklachten van de nek, schouders, rug en linkerhand, hoofdpijn, pijn op de borst, in de hartstreek en in het scrotum, gevoelloosheid in beide handen, concentratie- en geheugenproblemen, slaapproblemen en vermoeidheidsklachten en psychische klachten in juridisch causaal verband staan tot het verzoeker op 24 juni 2008 overkomen ongeval, (2) Aegon beveelt binnen een door de rechtbank te bepalen termijn medewerking te verlenen aan het in het kader van de verdere schaderegeling op gezamenlijk verzoek doen laten uitvoeren van een deskundigenonderzoek door een verzekeringsarts, hierbij de leidraad deskundigenonderzoek in acht te nemen en te bepalen dat Aegon alle hiermee verband houdende redelijke buitengerechtelijke kosten voor haar rekening dient te nemen en |
(1) (2) Neuroloog en psychiater komen tot de conclusie dat verzoeker geen aan het ongeval te relateren beperkingen heeft. Verzoeker heeft niet toegelicht waarom het onderdeel dat er geen beperkingen zijn ter zijde geschoven moet worden.
De inzet van een verzekeringsgeneeskundige ligt pas in de rede indien en voor zover medische klachten en beperkingen en het causaal verband tussen die klachten en beperkingen vaststaan. Op basis van de medische expertise stelt de verzekeringsgeneeskundige, een generalist, vast in hoeverre de onderzochte, binnen de bestaande beperkingen, nog kan worden belast. De neuroloog komt in zijn deskundigenbericht tot de conclusie dat geen neurologische objectieve afwijkingen aan het ongeval kunnen worden toegeschreven. Ook anderszins geeft de medische rapportage geen enkele steun voor het in rechte kunnen aannemen van een causaal verband tussen de gestelde thans bestaande klachten en het ongeval. Verzoeken worden afgewezen. |
(3) de kosten van deze procedure begroot op € 4.526,00 (…) . | (3) Het aantal bestede uren naar beneden bijgesteld naar 14. Uurtarief van € 250,00 redelijk. De rechtbank zal de kosten begroten op € 4.526,00 (inclusief het griffierecht van € 291,00). De veroordeling in de kosten blijft achterwege nu alle verzoeken worden afgewezen. |
Door de neuroloog en psychiater zijn geen beperkingen vastgesteld. Volgens de rechter is er geen taak weggelegd voor een verzekeringsgeneeskundige. De verzekeringsgeneeskundige stelt enkel de belastbaarheid binnen de bestaande beperkingen vast.