Voorschot VAV bij zwartwerker: onvoldoende aangetoond.

RB Amsterdam 22-12-2016
Onvoldoende aangetoond dat iemand met zwart werk inkomen zou hebben verworven terwijl ook niet vaststaat dat hij daartoe niet in staat is.
Verzoek Rechtbank
 veroordeling  tot betaling van een aanvullend voorschot van C 8.500,- voor de kosten van levensonderhoud van [VERZOEKER] over de periode april tot en met december
2016
  De rechtbank betwijfelt evenwel of een beslissing over een voorschot in dit geval voldoende kan bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst, nu een dergelijke beslissing geen einde maakt aan de belangrijkste geschilpunten tussen partijen (vaststelling van het causaal verband tussen het ongeval en de gestelde schade en de omvang van de schade).
Naar het oordeel van de rechtbank heeft [VERZOEKER], tegenover de gemotiveerde betwisting door Reaal, onvoldoende onderbouwd dat hij aanspraak heeft op schadevergoeding die de betaalde voorschotten overstijgt. [VERZOEKER] heeft niet met
stukken of verklaringen onderbouwd dat hij voorafgaand aan het ongeval zwart werk verrichtte, en dat hij daarmee de door hem gestelde inkomsten genereerde. Van belang is dat Reaal ondanks diverse verzoeken daartoe tot op heden niet heeft kunnen spreken met de gestelde voormalig ‘werkgever’ van [VERZOEKER]. Uit de overgelegde producties blijkt voorts dat het bedrijf waarvoor [VERZOEKER] stelt te hebben gewerkt kort na het ongeluk failliet is gegaan omdat de bedrijfsruimte in strijd zou zijn met het geldende bestemmingsplan en niet langer werd gedoogd. Gelet daarop kan  VERZOEKER] ook niet zonder meer worden gevolgd in zijn stelling dat hij, het ongeval weggedacht, thans nog steeds dezelfde zwarte inkomsten had gehad. Voorts kan thans (nog) niet worden vastgesteld of [VERZOEKER] als gevolg van het ongeval in het geheel niet meer in staat is inkomsten te genereren.
C 11.500 voor de reeds gemaakte kosten van rechtsbijstand, Partijen hebben ter zitting een minnelijke regeling getroffen over de gemaakte kosten van rechtsbijstand
 met veroordeling van Reaal in de kosten van dit deelgeschil begroot op 2.175,60.   De rechtbank acht gelet op de omvang van het dossier het aantal in rekening gebrachte uren redelijk. Verder ziet de rechtbank geen
aanleiding het gehanteerde uurtarief te matigen. Aldus zal een bedrag van € 2.175,60, inclusief het griffierecht van € 288,00, worden toegewezen.

In deelgeschil moet bewijs compleet aanwezig zijn. Hier ontbrak het aan voldoende bewijs van verdiensten het ongeval weggedacht, terwijl ook niet was vastgesteld dat betrokkene niet (meer) kon werken.