Verkeersongeval tussen twee fietsers op een fietspad. De verzoekster liep ernstig letsel op nadat de verweerder zonder richting aan te geven naar links stuurde tijdens een inhaalmanoeuvre. De rechtbank oordeelde dat de verweerder aansprakelijk is, omdat zij artikel 18 RVV en artikel 5 WVW overtrad door niet achterom te kijken en geen voorrang te verlenen aan achteropkomend verkeer.
De zaak betreft een verkeersongeval waarbij de verzoekster werd aangereden door een bestelbus op een fietsersoversteekplaats nabij een rotonde. De automobilist wisselde van de binnenbaan naar de buitenbaan om rechtdoor te gaan, ondanks de verplichte rijrichting naar links. 30 meter na de rotonde was een fietsersoversteekplaats, voorzien van haaientanden (voor de fietsers). Verzoekster was net begonnen met oversteken, omdat zij veronderstelde dat de bestelbus linksaf zou slaan. Er vond een aanrijding plaats ter hoogte van de oversteekplaats. Volgens de rechtbank maakte de automobilist een verkeersfout (wisselen van baan) die het ongeval in de hand werkte en achtte hem uiteindelijk volledig aansprakelijk voor de schade na een billijkheidscorrectie.
Beweegburo BV en haar verzekeraar Nationale Nederlanden NV zijn aansprakelijk voor een gymongeval waarbij een minderjarige een gebroken ruggenwervel opliep. Het ongeval vond plaats tijdens een gymles in 2021, toen de minderjarige een risicovolle sprong (handstand overslag) uitvoerde. De rechtbank oordeelde dat de gymdocent niet heeft voldaan aan de zorgplicht.
Verzoekster meldde zich in april bij een tandartsenpraktijk i.v.m. hevige pijn. Wat volgde was een wortelkanaalbehandeling. In juli volgde een hartoperatie, vanwege een bacteriële infectie. Verzoekster meent dat de tandarts hiervoor aansprakelijk is. De rechtbank komt tot de conclusie dat alleen de verklaring voor recht toewijsbaar is t.a.v. de onvoldoende medische anamnese
Een wielrenner rijdt in een peloton over een verharde weg. Ter hoogte van het einde van de wegverbreding is hij met zijn fiets van de rijbaan in de naast gelegen berm gereden, tegen een andere wielrenner aangebotst en ten val gekomen. Uitgaande van de (niet vaststaande) gestelde toedracht van verzoeker, komt de rechtbank tot het oordeel dat, bij normale oplettendheid van de weggebruiker, de betreffende weg (inclusief berm) geen gevaar oplevert voor de weggebruiker.